woensdag 11 februari 2009

en 4: 1500 voor Chr - "jaar 0"

In de centrale Andes (Peru/Bolivia) kent men tussen 1500 voor en 500 na twee culturele periodes, genaamd "Vroege Horizon" (tot 500 voor) en "vroege Tussenperiode" (500-500). Om enigszins gelijk te lopen met andere gebieden (in Zuid-Amerika en elders), heb ik hier echter het niet bestaande jaar 0 genomen als einde van mijn vierde verhaal. De "Vroege Horizon" is de periode van de Chavin cultuur. Bij nummer drie heb ik al uitgelegd wat zo bijzonder is aan deze periode die men tot tien jaar geleden zag als het begin van de Andesbeschaving. Deze culturele traditie komt voort uit de Andes al lijkt het er op dat bepaalde elementen (Stafgod bv.) al in de oudere kustculturen van Supe bekend waren. In feite is geheel Peru nu onder een en dezelfde culturele traditie. Bolivia en Ecuador vertonen echter ook aanwijzingen van Chavin invloed. De periode is overigens genoemd naar de plaats Chavin de Huantar, een religieus complex op ruim 3000 meter hoogte in de noodelijke bergen van Peru. Dit was, tegen het einde van de periode, absoluut het belangrijkste religieuze centrum in de verre omtrek, waarschijnlijk vergelijkbaar met Jeruzalem, Mekka of Rome. Van overal (Ecuador, Amazone, Bolivia) kwamen mensen naar de plek, waarschijnlijk om te luisteren naar een orakel en om offers te brengen aan de Chavin-goden (zie 3). Na 500 voor christus gaan de verschillende regio's weer meer hun eigen weg. Aan de Peruaanse zuidkust komt de Paracas-cultuur op, bekend om de in schitterende kleden gewikkelde mummies. Aan de noordkust komt een veel bekendere cultuur op, die van de Moches (Mochicas). Zij bouwen enorme tempels en zijn meesters in het bewerken van metalen (vooral goud en zilver). Vooral hun aardewerk (betsaande uit zeer realistische portretten, dagelijkse tafrelen en erotische af- (uit)beeldingen) is echter beroemd.

Eerste 2: Chavin de Huantar
3, 4, 5: Moche kunst. Heel natuurgetrouw, ook met baarden dus (zoveelste mythe die ontkracht wordt), lamarijder (en nóg een mythe die naar de prullebak kan!)
.
De noordelijke Andes (Ecuador/Colombia) kent zeer opvallende aardewerktradities, vooral in het laagland dat immers al zo lang (veel langer dan Peru) het gebruik van aardewerk kent. De opmerkelijkste Ecuadoriaanse culturen zijn Chorrera (gehele kust, vanaf 1500 voor Chr ongeveer) en Tolita (noordkust, plaatselijke opvolger van Chorrera vanaf ongeveer 300 voor). Net als het Moche aardewerk is dat van Chorrera heel realistisch. Voornamelijk echter van dieren. Pas later (en in de Tolita periode daarna) worden ook mensen (en b.v. huizen) realistisch uitgebeeld. Tegen 900 voor Chr. bereikt vanuit het zuiden de eerste metaalbewerking het Ecuadoriaanse grondgebied. De Tolita-mensen ontdekken dat naast het Peruaanse goud, koper en zilver, zijzelf over een ander metaal beschikken: platina. En ze ontdekken ook hoe ze dit metaal, met een hogere smelttemperatuur dan ijzer, kunnen bewerken. Toen de Spanjaarden hier aankwamen in de voeg 16de eeuw was men in Europa onbekend met platina. Men vond het dan ook maar waardeloos, vooral omdat het "niet te smelten" was. Veel werd dan ook in zee gedumpt. Pas twee eeuwen later ontdekte een Duitser wat de Ecuadoriaanse indianen toen al ongeveer 2000 jaar wisten. Sindsdien is platina een edelmetaal.
bovenste drie: Chorerra (1500-300 v Chr) aardewerk... Vleermuis, aap en uil
onderste drie: Tolita (300 voor-300 na) kunst... Half mens, half jaguar. Mogelijk hetzelfde wezen maar dan in platina en goud. Meer platina/goud.
.
De zuidelijke Andes (Chili, Argentinië) ziet de expansie van complexe culturen naar het zuiden. Ook hier wordt de invloed vanuit Bolivia/Peru steeds groter. De eerste steden verschijnen rond 500 voor Chr.
.
Venezuela, de Guyana's en de Antillen kennen hetzelfde verhaal. De Saladoid-mensen en hun cultuur breiden zich steeds verder uit maar in het Orinocogebied komt rond 500 voor Chr. al een nieuwe cultuur op die nog eer invloed zou gaan hebben, de Barrancoid.
.
Het Amazonegebied gaat een belangrijke periode in. Rond 1500 namelijk begint waarschijnlijk de expansie van de Arawak-sprekende volken. Dit gebeurd langs de grote rivieren en het is waarschijnlijk dat de Barrancoid cultuur een Arawakse cultuur is die vanuit de Amazone, via het Casiquare-kanaal, de Orinocodelta in Venezuela bereikt. Deze mensen kennen de klassieke Amazonecultuur, gebaseerd op de verbouw van manioc en in het bezit van hangmatten, maloca's (grote, ronde communale huizen), kano's en, eventueel, blaaspijpen voor de jacht. Ook doet men tussen 1500 en 0 een uitvinding (hoe opzettelijk is nog onduidelijk) die de komende prekoloniale periodes totaal zullen veranderen. Men vindt de Terra Preta (do Indio) uit, de Zwarte (Indiaanse) Aarde, een methode om de van nature onvruchtbare, roodgeel-kleurige Amazonegrond te veranderen in een uiterst vruchtbare, zwartkleurige, aarde die uitermate geschikt blijkt voor landbouw en lange bewoning. In de zuidelijke Amazone (grengebied Bolivia, Paraguay) begint een andere grote taalgroep zich te roeren. Dit zijn de Tupi-mensen die, net als de Arawakken kiezen voor migratie en nederzttingen langs de rivieren.
Terra Preta
.
Het zuidelijke gebied (Patagonië) blijft het domein van nomadische jagers-verzamelaars hoewel men zich ook hier steeds meer lijkt te gaan vestigen. Er worden in ieder geval steeds vaker kleine stenen monumenten opgericht waarvan het doel echter onbekend blijft.

Geen opmerkingen: