woensdag 6 december 2006

Schoolboeken en meer van die onzin...

Aan iedereen die dit hieronder herkent... Toevallig iets dergelijks tegengekomen in een school- of studieboek? Laat het me weten, dan kan ik het zetten in het voorwoord van MIJN aankomende boek!!

dank,

Lennert

UIT MIDDELBARE SCHOOLBOEK: Sprekend Verleden (1999), 191-192
‘De indianen in Noord-Amerika leefden in stammen. Iedere stam ging zijn eigen weg. Zo kwamen ze vaak in verschillende natuurlijke omstandigheden terecht. Het bekendst zijn de stammen geworden die van de jacht leefden. Zij woonden in wigwams of tipi’s en hadden geen vaste verblijfplaatsen. Er waren ook stammen die van landbouw leefden en een vaste verblijfplaats hadden. Door deze verschillen in levenswijze en doordat de stammen vaak weinig contact met elkaar hadden, ontstonden verschillende Indiaanse culturen. De meeste stammen werden bestuurd door een raad van de oudere en dapperste mannen. Als bijvoorbeeld de Sioux Indianen vergaderden, dan zaten de leiders in een kring. Zo toonden zij dat elk van hen gelijk aan de anderen was. Andere stammen werden door een enkele leider aangevoerd. En er waren ook stammen die meer democratisch werden bestuurd. In sommige stammen hadden mannen en vrouwen evenveel te zeggen. Naast verschillen waren er ook overeenkomsten tussen de Indiaanse stammen. De Indianen geloofden dat alles in de natuur door goden en geesten werd geregeld. De aarde zagen zij als een goddelijke moeder die voor planten en vruchten als voedsel zorgde. Nog in onze tijd zei een Indiaan dat hij nooit een ploeg zou gebruiken, omdat dat was alsof hij een mes in het lichaam van zijn moeder plaatste. Zij geloofden dat dieren een grote macht bezaten. Vogels konden bijvoorbeeld zweven in de hemel waar de goden donder en bliksem maakten. Misschien spraken zij zelfs met de goden. Vissen konden anders dan de mensen onder water leven. Beren en poema’s waren veel sterker. Indianen droegen vaak de huid of andere delen van dieren. Zij dachten daardoor even sterk, even snel enzovoort te worden. De Indianen kenden geen particulier bezit van het land. De zon, de lucht, het water, de planten en de dieren waren goden of het werk van goden. In de 19de eeuw ontsnapte eens een paard van een Indiaan en kwam in de weide van een blanke terecht. Deze klaagde dat het dier ‘zijn’ gras had opgegeten. De Indiaan antwoordde toen: “Heb jij het gras laten groeien?”. Alle stammen wisten goed gebruik te maken van de natuur. De Indianen waren trouw aan hun stam. Met de leden van hun stam deden zij alles samen: jagen, vissen, zaaien, oogsten. Iedereen kreeg evenveel. In slechte tijden leed iedereen honger.’

UIT STUDIEBOEK GESCHIEDENIS: World Civilizations (1997), 593-595
'Although their civilization rested on agriculture, like others throughout the world, the Mayas employed primitive methods of cultivation. They had no draft animals, no domesticated animals except dogs and fowls. Non of the American peoples possessed the wheel. And with the Mayas as with their contemporaries, most individuals lived in simple dwellings of mud or reed with thatched roofs.'

'Having grasped the principle of phonetics, the Mayas conceivably might have developed a true alphabet if their culture had endured.'

Geen opmerkingen: