Zeer simpel overzicht geschiedenis Amerika tot 1492 (Columbus komt aan op Bahama's): (jaartallen in BC, voor Christus en AD, na Christus)
NOORD-AMERIKA (Groenland, Canada, VS)
11.500-9000BC: CLOVIS. Lang beschouwd als eerste Amerikaanse cultuur (Nieuw Mexico)
7500: KENNEWICK MAN leeft in Washington State. Mogelijk verwant aan de Ainu in Japan.
5000: mensen langs de Great Lakes beginnen met bewerking koper (OLD COPPER CULTURE). Kennis strekt zich uit tot in Maryland. In tegenstelling tot eerste koperbewerkers in Eurazië zijn de mensen geen landbouwers en kennen ze geen aardewerk.
3500: oudste menselijke monument in Noord-Amerika. Opgetrokken, in een cirkel staande heuvels in Louisiana (WATSON BRAKE).
2900: oudste stenen cirkel op Plains. Functie onbekend. Religie of Tipi.
2500: oudste aardewerk Noord-Amerika in Florida en Georgia.
2250: ontwikkeling eerste pijl en boog in Amerika in Arctisch gebied. Vanuit hier steeds verder naar het zuiden tot ver in Mexico.
2000: eerste experimenten met domesticatie van gewassen in oosten VS. Bekendste is de zonnebloem. verder squash en een aantal lokale grassen zoals marshelder, lamsquarter en maygrass.
1500-1100: oudste grote nederzetting Noord-Amerika in Louisiana. POVERTY POINT was gebouwd in een halve cirkel, naar de rivier toe. Een 2 meter hoge piramide keer er over uit. De nederzetting telde waarschijnlijk zo'n 5000 inwoners.
1000-300BC: ADENA in de Ohio-vallei bouwen 300 tot 500 grafheuvels. Economische basis is handel, jacht, verzamelen en kleinschalige landbouw van de inheemse gewassen.
1000BC: eerste maïs vanuit Mexico bereikt zeker het zuidwesten van de VS. Behalve maïs ook pompoenen, bonen en katoen.
500BC: opkomst eliteklasse aan de westkust. DORSET cultuur ontwikkeld zich op Groenland (tot 1200AD). Zij bouwen de eerste iglo’s en zijn sterk afhankelijk van de zee. Rond de Beringstraat ontwikkeld zich de THULE cultuur. Dit zijn in ieder geval voorouders huidige ESKIMO’s.
500BC-1450AD: drie belangrijke culturen in zuidwesten VS en noordwesten Mexico: ANASAZI, HOHOKAM en MOGOLLON. Zij bouwen de grote nederzettingen in deze regio, de canyon-huizen en stichten tevens een wegennet.
250BC-500AD: HOPEWELL in Ohio-vallei zijn opvolgers ADENA. Zij beperken zich echter niet tot die vallei en HOPEWELL monumenten (ook voornamelijk grafheuvels) zijn verspreid over het hele oosten van de VS, van Canada tot de Golf van Mexico en van de Atlantische Oceaan tot de Plains. Dit leidde tot een groot handelsnetwerk. Koper en zilver kwamen uit het Great Lakes gebied, mica uit de Appalachen, schildpadschilden, alligator- en haaientanden uit het zuiden en obsidiaan zelfs helemaal uit Yellowstone. Landbouw belangrijker.
500AD: oprichting megalieten en constructie van reuzenfiguren in de woestijn in zuidoosten Californië. Tevens sterke sociale stratificatie ten noorden van Californië aan de westkust. Bouw van grote houten huizen en eerste totempalen.
700: THULE cultuur (ESKIMO’s) bereiken Groenland en vermengen met (en verdrijven) DORSET mensen. Typische ESKIMO cultuur met iglo’s en hondensleden. Rond 1000 in contact met Vikingen uit IJsland.
750-1150: grootste bloei culturen uit Zuidwesten VS. De Hohokam leggen balspelplaatsen aan (in totaal 206), evenals de volkeren zuidelijker in Mexico. Ook bewerken ze koper en kennen ze een wereldwijd unieke etstechniek. De MOGOLLON maken het Mimbres aardewerk en zijn mogelijk de stichters van de handelsstad Casas Grandes (Paquimé ) in het noorden van Mexico. Deze stad kent speciale kamers voor het fokken en houden van uit het zuiden komende papegaaien en is mogelijk een plaats die in direct contact staat met de TOLTEKEN in het zuiden. De ANASAZI bouwen Pueblo Bonito en Mesa Verde, de twee bekendste nederzettingen uit de regio.
800-1550: MISSISSIPPI cultuur ontstaan langs de gelijknamige rivier en verspreid over het hele oosten van de VS. Heuvels zijn geen grafheuvels maar waarschijnlijk tempels waar de leiders bovenop wonen. Landbouwproducten uit Mexico (maïs, pompoenen en bonen) worden door hen over het gehele gebied verspreid. Ook bouwers van eerste echte steden. Cahokia (900-1200) is de grootste stad ten noorden van Mexico, met een piramide van 30 meter en tussen de 10.000 en de 40.000 inwoners. Cultuurelementen verspreiden zich ook steeds verder naar het westen (naar de Plains). Ook daar bouwt men vaste nederzettingen, gaat men aardewerk maken en landbouw bedrijven. Stereotiepe beeld van nomadische bizonjagers op de Plains is dus iets van 19de eeuw.
950-1200: In Ohio wordt door mensen van FORT ANCIENT de Serpent Mound opgericht. Op deze grote heuvel is een slang van 400 meter lang afgebeeld. Functie onbekend.
1450: drie grote culturen uit het zuidwesten gaan over op bescheidener schaal naar de Pueblo’s van vandaag de dag. Mogelijk door droogte en door aankomst van ATHABASKEN uit het noorden, de NAVAJO’s en de APACHEN.
MIDDEN-AMERIKA (Mexico tot Panama)
7000BC: eerste landbouw.
5000BC: eerste maïs in Mexico.
1500BC: eerste aardewerk en eerste volledig permanente dorpen.
1200-500BC: OLMEKEN (Aan Golfkust. Eerste steden, tekenen van elites, schrift, kalender, etc...)
500BC-800AD: Monte Alban van de ZAPOTEKEN (BENI ZAA) in Oaxaca (oudste Mexicaanse fonetische schrift. De stad overheerst alle anderen in Oaxaca en is een van de grootste steden in Mexico in deze tijd).
500BC: begin groei MAYA steden in Guatemala en zuid Mexico). Grootste stad wordt El Mirador.
1-700AD: TEOTIHUACAN in de vallei van Mexico. Grootste stad van dat moment in heel Amerika (behorend bij de 10 grootste steden ter wereld). Veel invloed naar zuiden (MAYA's) en naar noorden (zuidwesten VS). Volk onbekend.
250AD-900AD: KLASSIEK (grote bloei van steden, koningen, literatuur, wiskunde, etc... Macht bij goddelijke heersers). In MAYA gebied geen rijk maar stadstaten die oorlogen tegen elkaar voeren en bondgenootschappen sluiten. Twee steden zijn het machtigst: Tikal (Mutal) en Kalakmul (Kan). Tussen 350 en 500 in de invloed van TEOTIHUACAN in het noorden erg groot. Invloed van Mexico op zuidelijk Midden-Amerika wordt heel groot, vooral zichtbaar door jade-industrie. Mexicaanse groepen gaan zich vestigen in het zuiden. Ontstaan lange afstandshandel tussen beide gebieden.
900-1530: invloed van Mexico wordt minder in zuidelijk Midden-Amerika. In plaats daarvan groeit de invloed vanuit Zuid-Amerika. Aangezien handel belangrijker wordt verdwijnt de Mexicaanse invloed allerminst. Vooral de TOLTEKEN en de AZTEKEN stichten handelskolonies in het zuiden (tot in Panama).
900-1150: TOLTEKEN in centraal Mexico (net ten noorden van Teotihuacan). Grote invloed op rest Mexico en op zuidwesten van VS. Tula (Tollan = Plaats van Riet) is de hoofdstad. Bekendste koning is de historische Topiltzin Quetzalcoatl (later, vooral door AZTEKEN, beschouwt als een god).
900-1524: MIXTEKEN (ÑUU DZAVUI) in Oaxaca. Geen rijk maar stadstaten. Bloei (voornamelijk) pictografisch schrift gebruikt o.a. voor geschiedenisboeken. Oorlog tegen ZAPOTEKEN maar ook onderling. Bloei handel, belangrijk metallurgie.
1450-1521: AZTEKEN (MEXICAH) stichten Mexico-Stad (Tenochtitlan) in een meer. Groeit uit tot grootste stad van Mexico (een van de grootste steden ter wereld). Men verovert een groot gebied en kijkt op naar de TOLTEKEN (waarschijnlijk zelfde taal, veel cultuur overeenkomsten, etc...). Laatste keizer (tlatoani = spreker/gebieder) voor komst Spanjaarden is Monteuczuma (Montezuma) II.
nog niet af
ZUID-AMERIKA (Colombia tot Chili)
9000BC-7000BC: eerste landbouw (Peru, later Ecuador & Amazonegebied).
6000BC: eerste aardewerk (in Amazone. Oudste van heel Amerika).
5000BC: oudste mummies ter wereld (ongeveer 2000 jaar ouder dan in Egypte) door de CHINCHORRO in Noord Chili.
3500BC: begin bouw steden tussen kust en bergen noord Peru. Oudste steden Amerika en samen met steden in Mesopotamie oudste steden ter wereld. CARAL is een van de grootste. Economie voornamelijk gebaseerd op verbouw van katoen en handel met kustdorpen (voor o.a. ansjovis). Eerste sporen van typische Andes religie en oudste quipu.
3000BC-1500BC: Valdivia cultuur in kuststrook Ecuador. Men maakt talloze Venus-beeldjes. 1500BC: oudste bewerking van metalen in Amerika (goud en koper) in Peruviaanse Andes. Waarschijnlijke begin expansie van ARAWAK-sprekende volkeren in Amazonegebied (noordwesten).
1000BC-1: Chavín Horizon in Peru: typische kunst, religie (stafgod, katgod etc...), bouwstijl, aardewerk etc...
400BC: CHAVIN DE HUANTAR in noordelijke Andes Peru, het belangrijkste en grootste religieuze centrum van Chavin Horizon in Peru. Begin oprichten van de megalieten van SAN AGUSTÍN in het zuiden van Colombia.
800-200BC: CHORRERA volk in kuststreek Ecuador kent meest realistische aardewerk in Amerika van dat moment. Grote invloed naar buiten toe, waarschijnlijk tot in Mexico.
100BC-500AD: MOCHE volk aan noordkust van Peru beroemt vanwege realistische aardewerk, erotische kunst en de Heerser van Sipan. NAZCA volk aan de zuidkust van Peru, vooral bekent van de grote geometrische figuren in de woestijn. Ook typerende stijl aardewerk.
200AD-1600: In het noorden van Colombia, rond en op de Sierra Nevada Santa Marta is de TAIRONA cultuur. Dit volk bouwt steden van steen, spreekt een Chibcha taal, zijn bedreven in het bewerken van metalen (goud, zilver, tumbaga, koper, etc) en handelen met de volkeren op de Antillen en volkeren in het zuiden. Pas na 75 jaar oorlog (begonnen dus ergens rond 1525), capituleert men tegen de Spanjaarden.
400-1350: Op het eiland Marajó, in de monding van de Amazone, is de MARAJOARA cultuur. Waarschijnlijk de oudste complexe gemeenschappen in het Amazonegebied. Men richt heuvels op, doet aan intensieve landbouw en kent een ingewikkelde aardewerkstijl die op den duur ‘internationaal’ wordt. Vrouwen spelen waarschijnlijk een zeer belangrijke rol.
500-1000: Twee rijken beheersen de centrale en zuidelijk centrale Andes: WARI (Peru, centrum rond huidige Ayacucho) en TIWANAKU (voornamelijk Bolivia, centrum Tiwanaku stad aan Titicaca meer). WARI is waarschijnlijk een militaristisch rijk dat actief gebieden veroverd (o.a. NAZCA gebied en MOCHE gebied aan de kust). TIWANAKU is meer een religieus centrum met grote culturele invloed (tot noorden Argentinië en Chili). Tiwanaku stad trekt duizenden Pelgrims aan.
600-1541: MUISCA bouwen de politiek meest complexe maatschappij van Colombia op de oostelijke bergrug van de Andes. De staat wordt geleid door twee figuren, de Zoque en de Zipa. Ook dit is een Chibcha volk en men heerst over tientallen kleinere politieke eenheden. De Magdalena vallei net ten westen van de MUISCA staat is volgebouwd met houten gebouwen. De belangrijkste stad van de MUISCA staat waar nu Santa Fé de Bogotá ligt. De Spanjaarden zijn vol bewondering voor de stad, maar branden hem niettemin af.
800-1540: In de Cauca vallei in Colombia is de QUIMBAYA cultuur. De Algemene opinie is dat zij het mooiste metaalwerk van de Amerika’s hebben gemaakt. Waarschijnlijk begint de cultuur al rond 500BC.
1000-1470: CHIMU rijk aan noordkust Peru, waarschijnlijk opvolgers deels van MOCHE. Hun hoofdstad is waarschijnlijk de grootste stad, ooit in Zuid-Amerika voor 1492 gebouwd. Veroverd door INCA's.
1000-1550: belangrijke lokale complexe gemeenschappen langs de Amazone rivier en andere grote rivieren in het gebied. Onder andere de OMAGUA (zij controleerden de oevers van rivieren van Ecuador tot in west Brazilië ) en de TAPAJÓS (bijna aan de monding van de Amazone). Dichtbevolkte gebieden vanwege vruchtbare grond langs de rivieren en de techniek om niet-vruchtbare grond vruchtbaar te maken (door het maken van 'zwarte aarde').
1100-1540: In de noordelijke vlakte van Colombia heersen drie grote politieke eenheden die samen ZENÚ genoemd worden. De aardewerk stijl kent zowel invloeden uit het zuiden (Ecuador), als uit de Andes. Verder werkt men veel met goud. Een van de drie eenheden wordt bij de Spanjaarden geleid door een vrouw.
1450-1532: INCA rijk vanuit Cuzco in Peruviaanse Andes. Veroveren heel snel het grootste rijk op aarde van dat moment, lopend van zuid Colombia tot midden Chili). Vooral bekent vanwege zeer technische architectuur, de stad Machu Picchu en de confrontatie met de Spanjaarden. 'Inca' is de titel van de heerser. De laatste voor-Spaanse Inca (Atawallpa) werd niet door iedereen in het rijk erkent.
Nog niet af
CARIBEN (ANTILLEN)
5000: eerste mensen op Antillen à Trinidad (vanuit Venezuela... Trinidad zit er nog aan vast!) 4000-3000: eerste mensen komen aan op Grote Antillen (Hispañola en Cuba). Waarschijnlijk vanuit Belize
2500-500BC : CASIMIROID vanuit Hispañola naar Kleine Antillen
2000-400BC: ORTOIROD mensen vanuit Venezuela naar Kleine Antillen tot Puerto Rico. Daar botsen op CASIMIROID.
2000-600AD: SALADOID mensen (hoogstwaarschijnlijk een ARAWAK volk) vanuit Venezuela tot in Puerto Rico. Zij introduceren landbouw en aardewerk.
1AD: ARAWAK volkeren ook naar Grote Antillen
500AD: Jamaïca voor het eerst bewoond.
700-1000: mogelijk migratie van CARIBEN vanuit Guyana’s naar Kleine Antillen. Onduidelijk of het daadwerkelijk CARIBEN zijn en niet ARAWAKKEN die door de Spanjaarden een slechte naam hebben gekregen (elk volk dat men “Carib” noemde stond gelijk aan wild en kannibalistisch terwijl voor dit laatste in deze regio geen bewijzen zijn).
1492: Columbus op de Bahama’s en later op Hispañola. De Taino (waarschijnlijk niet eigen naam) die Columbus ontvangen wonen van Cuba tot Guadeloupe. Deze mensen worden geleid door cacique’s (leiders), slapen in hamaca’s (hangmatten), roosteren vlees en vis op een barbacoa (barbecue) en vereren de stormgod Horrican (wervelwind, orkaan). Verder zijn het landbouwers, bouwen ze balspelplaatsen en verkrijgt men door handel met Colombia sieraden van goud en koper.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
1 opmerking:
Lees ook mijn vertaalde gedicht van de Tolteken, een van hun schaarse literaire nalatenschappen. Er staat ook een recensie op deze post:
http://zilvervis.wordpress.com/2010/12/21/tolteekse-inwijding/
Een reactie posten